‘Als volksvertegenwoordiger moet je voeling houden met je achterban’

DALFSEN - “Als wethouder ben je bestuurder, maar in de Tweede Kamer ben je – net als in de gemeenteraad trouwens – volksvertegenwoordiger. Dat is iets wezenlijk anders, met andere verantwoordelijkheden. Maar deze rol bevalt me goed. Ik voel me thuis in Den Haag.”

Aldus Maurits von Martels over het lidmaatschap van de Tweede Kamer, dat hij afgelopen week precies een jaar vervulde. Als oud-gemeenteraadslid en oud-wethouder van Dalfsen maakte hij vorig jaar maart verrassend de overstap naar Den Haag, doordat hij met ruim 21.000 voorkeursstemmen gekozen werd in de Kamer. Die stemmen had hij te danken aan een uitvoerige en in het oog lopende campagne, waarin hij – onder het motto ‘Meer boerenverstand in de Tweede Kamer’– vooral een agrarische achterban aansprak.

Van een onverkiesbare 44ste plaats kreeg hij bij de laatste verkiezingen op drie mensen na de meeste stemmen van alle CDA’ers. “Daar keken ze wel van op, ja. Ik kon merken dat ik in het begin met een mengeling van bewondering en argwaan bekeken werd: is dit iemand die zijn eigen koers vaart, los van de partij? Inmiddels weten ze wel dat ik zo niet ben te typeren en dat ik de belangen van mijn achterban én van de partij goed in het oog houd.”

Die uitgangspositie hielp hem bij de onderhandelingen over de portefeuilleverdeling. “Ik heb dat kunnen inbrengen bij de onderhandelingen over de portefeuilleverdeling. Ik ben zeer tevreden over het uitgebreide pakket aan onderwerpen waarvoor ik als woordvoerder mag optreden, al blijft het jammer dat landbouw is verdeeld over twee woordvoerders.”  Von Martels is nu CDA-woordvoerder op terreinen als natuur en voedselkwaliteit, infrastructuur (met uitzondering van het spoor), verkeer en verkeersveiligheid, dierenwelzijn, milieu, externe veiligheid en biobrandstoffen.

Met zijn 57 jaar krikt hij de gemiddelde leeftijd in de Tweede Kamer (nu 43) behoorlijk op. Maar die ervaring is ook een voordeel en hij hoopt het Kamerlidmaatschap geruime tijd vol te houden.

Druk weekschema voor Maurits von Martels

“Als het me gegund wordt, wil ik na deze eerste termijn graag nog een tweede periode door. Nee, ik geloof niet zo in een ‘oogsttijd’ in je tweede periode. Het is gewoon voortdurend hard werken om je doelstellingen te realiseren. Het maakt wel verschil of het CDA deel uitmaakt van de regeringscoalitie of dat je in de oppositiebanken belandt. De oppositie heeft vaak heel veel wensen, maar slaagt er een stuk minder in om die waar te maken.”

Als Tweede Kamerlid heeft Maurits von Martels een druk weekschema. Dinsdag, woensdag en donderdag bivakkeert hij in standaard Den Haag. “Dat is twee uur treinen vanuit Dalfsen. Tijd die ik goed besteed door stukken door te lezen. Ik kan overnachten bij een zus in Den Haag. En daar bof ik mee in vergelijking met Kamerleden die een kamer huren of in een hotel verblijven.” De maandag spendeert hij thuis aan de voorbereidingen en eventuele afspraken, en vrijdag trekt hij het land in.

En daar blijft het meestal niet bij, want ook zaterdag is hij regelmatig op pad. “Komende zaterdag moet ik bijvoorbeeld naar Hoogvliet, waar namens de transportsector een petitie wordt aangeboden’, citeert hij uit zijn agenda. “Druk, ja. Maar je moet er niet te stresserig mee omgaan. Ik ben betrokken en bevlogen, maar kan dingen ook van me laten afglijden als dat nodig is. Ik tel sowieso de uren niet. In die zin is het vergelijkbaar met een wethoudersbaan: soms kun je het in twintig uur doen, soms vergt het tachtig uur per week.”

“Dinsdagmorgen beginnen we met de fractievergaderingen, van twee tot drie is het vragenuurtje aan de minister of staatssecretaris en daarna vinden de debatten plaats. Er wordt dan onder meer gedebatteerd en gestemd over moties over de meest uiteenlopende onderwerpen. Soms wel tachtig op een middag; vorig jaar behandelde de Kamer in totaal zo’n 3.300 moties.” Zelf maakt hij spaarzaam gebruik van het instrument: ruim twintig keer, recentelijk onder meer over de veiligheid op de N-wegen, waarbij ook zijn eigen regio in beeld komt.

Heeft hij het idee dat hij voor de regio wat kan betekenen? “Regio’s staan hoog op de agenda van de huidige coalitie. In het regeerakkoord komt het woord 66 keer voor. Zo hebben ik en mijn fractie mede aangedrongen op financiële ondersteuning voor jonge boeren, die er uiteindelijk is gekomen.” Verder maakt hij zich sterk voor de (soms vervroegde) aanpak van verschillende N-wegen (zoals verbreding van de N36) in Overijssel, filebestrijding en verkeersveiligheid en het versneld uitvoeren van asbestsanering.

Hij houdt voeling met de achterban in zijn regio en eigen woonplaats door werkbezoeken en – sinds eind vorig jaar – het regelmatige spreekuurtje met plaatsgenoot en collega-Kamerlid Malik Azmani (VVD) in herberg De Klomp in Vilsteren. “We constateerden dat we allebei uit Dalfsen komen en vonden dat we daar iets meer mee moesten doen. We zitten in de Kamer als volksvertegenwoordiger voor onze achterban, dan moet je wel weten wat er leeft. Hiermee zijn we als Kamerleden direct benaderbaar en aanspreekbaar. Het is erg succesvol. Mensen weten ons te vinden en kaarten allerlei regionale onderwerpen en problemen aan. We overwegen het met een grotere regelmaat te gaan doen.”

Delen:

Tip de redactie

Heb jij nieuws voor de Dalfser Marskramer? Laat het ons weten!

Lees meer

De Dalfser Marskramer

Verschijnt iedere dinsdag in een oplage van 22.900 exemplaren in Ankum, Balkbrug, Dalfsen, Hasselt, Hoonhorst, IJhorst, Lemelerveld, Nieuwleusen, Oudleusen, Rouveen, Staphorst, Vinkenbuurt en Witharen.

© - Ontwerp & realisatie: FIZZ | Digital Agency