• 11 mei 2021
• Door Redactie

Raad Dalfsen blij met Stoomfabriek, maar niet met aanpak vastgoedrol

DALFSEN - Alle fracties spraken uit dat ze zijn geschrokken van het evaluatierapport over de exploitatie van De Stoomfabriek. Dat bleek maandagavond tijdens de vergadering van de raadscommissie.

Adviesbureau ICS heeft de huidige vastgoedconstructie (met gemeente, stichting Theater en commerciële horeca) onderzocht. Destijds had de raad besloten om deze constructie na vijf jaar tegen het licht te houden om te kijken of het werkt.

De horeca-exploitanten vinden dat ze nauwelijks zijn betrokken bij het onderzoek, zo bleek uit inspreekreacties van Moes Hartman Kok van Grand Café De Fabriek en Bianca Henken-Meppelink, bedrijfsleider van restaurant De Sukerieje. Ze hadden bovendien begrepen dat ze hun bedrijfspand misschien zouden kunnen kopen na vijf of tien jaar. Volgens wethouder Jan Uitslag is dat laatste nergens terug te vinden in de stukken en heeft verkoop momenteel ook niet de voorkeur van het college.

De fracties waren het er allemaal over eens dat De Stoomfabriek een welkome aanvulling is voor cultureel Dalfsen en zorgt voor reuring in het Waterfront. Maar om nu al een beslissing te nemen over welke variant qua vastgoedconstructie de voorkeur geniet, ging alle woordvoerders veel te ver: er leven nog te veel vragen.

“We zijn geschrokken over de rol van het bestuur van De Stoomfabriek,” zei Betsy Ramerman van het CDA. “Maar de gemeente had eerder aan de bel kunnen trekken.” Matthias Kuiterman van de ChristenUnie: “We zijn blij met het theater. Maar er is wel een risico, door de dubbele rol voor het bestuur en indirecte subsidie voor De Stoomfabriek door huurinkomsten. De evaluatie roept nog meer vragen op. De ChristenUnie ziet nog andere mogelijkheden en wil een amendement indienen.” Dat laatste zijn PvdA, D66 en VVD ook van plan, wellicht gezamenlijk.

Het college is zelf ook geschrokken van de evaluatie, meldt de wethouder en heeft een accountant ingeschakeld. “Er zijn geen financiële rare dingen, maar het moet wel anders worden georganiseerd. Daarvoor is draagvlak bij De Stoomfabriek en bij De Trefkoele+.” Deze beide partijen zouden nauwer kunnen samenwerken. Het bestuur van De Trefkoele+ zou ook als bestuur van De Stoomfabriek kunnen gaan fungeren of stichting De Stoomfabriek zou op kunnen gaan in De Trefkoele+, zo staat in de voorstellen beschreven. In het laatste geval kunnen de vrijwilligers zich geheel richten op de programmering, waarvoor zij zijn toegerust.

Op dinsdag 25 mei komt het onderwerp opnieuw aan de orde als bespreekstuk in de raadsvergadering.